ALMERE/HILVERSUM - De rechtbank veroordeelt een 19-jarige man en een 21-jarige man uit Hilversum en een 19-jarige man uit Almere voor meerdere pogingen tot oplichting, een geslaagde oplichting en diefstal in vereniging van een geldbedrag van het slachtoffer van de oplichting. De 21-jarige man uit Hilversum krijgt een gevangenisstraf van 10 maanden, waarvan 249 dagen voorwaardelijk. Daarbij moet hij een taakstraf van 140 uur verrichten. De 19-jarige man uit Hilversum krijgt een gevangenisstraf van 12 maanden, waarvan 309 dagen voorwaardelijk. Ook moet hij een taakstraf van 240 uur uitvoeren. De 19-jarige man uit Almere krijgt een gevangenisstraf van 16 maanden, waarvan 8 maanden voorwaardelijk.
Op 30 oktober 2024 waren de mannen samen in de woning van de 21-jarige man in Hilversum. Zij zochten namen en telefoonnummers op en belden vervolgens aan de hand van een belscript meerdere slachtoffers. De mannen probeerden op een sluwe manier bankpassen of andere waardevolle spullen - zoals contant geld en sieraden - af te nemen. De mannen deden zich hierbij voor als medewerkers van politie en justitie. In veel gevallen zeiden ze dat er personen waren aangehouden waarbij gegevens van de slachtoffers waren aangetroffen. Vaak benoemden ze dat onder die aangehouden personen ook nog inbrekerswerktuigen en wapens waren aangetroffen. Zo wekten ze de indruk dat de mogelijkheid tot een overval op de woning van de slachtoffers bestond.
Kwetsbare slachtoffers
De rechtbank vindt dat het hierbij gaat om ernstige feiten. De oplichting en pogingen daartoe veroorzaakte - naast financiële schade bij het slachtoffer van de voltooide oplichting - veel overlast en gevoelens van onmacht en onveiligheid bij alle slachtoffers. Ook misbruikte het trio hiermee het vertrouwen van de slachtoffers op ernstige wijze. Het is extra kwalijk dat de mannen juist oudere mensen tot slachtoffer maakten, vanwege hun grote kwetsbaarheid en afhankelijkheid. De mannen maakten misbruik van het vertrouwen van mensen in politie en justitie.
Een van de slachtoffers gaf daadwerkelijk bankpassen af. Nog voor de bankpassen geblokkeerd konden worden, schreven de mannen al geldbedragen af. Op 31 oktober 2024 belden ze ook naar slachtoffers. De 21-jarige man uit Hilversum was hier niet bij, maar stelde zijn woning wel beschikbaar. De zaak kwam aan het licht toen op 30 oktober 2024 verschillende mensen de politie in Barneveld belden, omdat personen ze probeerden op te lichten. Uiteindelijk lukte de oplichting ook maar bij één slachtoffer.
Eerdere oplichting
De 19-jarige man uit Hilversum maakte zich op 31 mei 2024 ook schuldig aan het medeplegen van oplichting en diefstal van geldbedragen van het slachtoffer van de oplichting. Ook hier deden de man en zijn mededader zich voor als medewerkers van de politie en deden ze alsof er mensen waren aangehouden die gegevens van het slachtoffer bij zich droegen.
Andere straffen dan eis
De officier van justitie eiste een gevangenisstraf van 28 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk voor de 19-jarige man uit Almere. Voor de 19-jarige man uit Hilversum eiste de officier van justitie een gevangenisstraf van 24 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk. Voor de 21-jarige man uit Hilversum eiste de officier van justitie een gevangenisstraf van 18 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk.
Volgens de rechtbank zijn de door de officier van justitie geëiste straffen hoger dan de delicten rechtvaardigen. Hierbij houdt de rechtbank rekening met de straffen die rechters in vergelijkbare gevallen opleggen. De rechtbank schorste het voorarrest van de 19-jarige man en de 21-jarige man uit Hilversum in december 2024. Zij staan sindsdien onder begeleiding van de reclassering en moeten aan verschillende voorwaarden voldoen, zoals het volgen van behandeling. De rechtbank ziet in hun persoonlijke omstandigheden reden om geen langere onvoorwaardelijke gevangenisstraffen op te leggen dan het voorarrest. Wel moeten zij nog een taakstraf uitvoeren.
De 19-jarige man uit Almere was eerder veroordeeld tot een voorwaardelijke jeugddetentie. Omdat hij zich opnieuw schuldig maakte aan een strafbaar feit, moet hij deze voorwaardelijke straf alsnog moet uitzitten. De rechtbank zet de gevangenisstraf om naar een taakstraf.
Schadevergoeding
Tot slot moeten de mannen het slachtoffer van de voltooide oplichting op 30 oktober 2024 het schadebedrag van 690 euro terugbetalen. De 19-jarige man uit Almere moet daarnaast de schade van 500 euro van de oplichting aan het slachtoffer op 31 mei 2024 vergoeden.